Ontwikkeling in waarneming
Door de ontwikkelingsstadia van het jonge kind en de neurologische ontwikkeling van de hersenen te combineren zijn de basisvaardigheden in PEP zichtbaar gemaakt. Het eerste ontwikkelingsgebied is het eenvoudigst – de volgende bouwt daar weer op voort:
- Matchen: het herkennen van gelijke vormen en eigenschappen uit een hoeveelheid informatie. Een stoel is een stoel, een ballon is een bal, en toch weer niet!
- Gecontroleerd kijken/Object Unification: het herkennen van delen om een geheel te vormen en het herkennen van meerdere kenmerken tegelijk. Het onderscheid kunnen maken tussen ´belangrijke en onbelangrijke´ informatie hoofd- en bijzaken (figuur-achtergrond discriminatie).
- Ruimtelijke verbanden: de relatie tussen voorwerpen en personen in ruimte en tijd, het zien van onderlinge verhoudingen. Tegelijkertijd het hele plaatje en het detail kunnen overzien. Het kunnen organiseren van een meer complexe opdracht.
- Cognitieve strategieën/Cognitive mode: het vertalen en interpreteren van concrete voorwerpen en kenmerken naar abstracte symbolen en concepten. Een kopje benoemen als ‘een kopje’ is concreter, duidelijker dan als ‘iets om uit te drinken’. Het werken met taal als verinnerlijkt begrip van de wereld. Cognitieve strategie vergemakkelijkt creatief en probleemoplossend denken en het maken van keuzes.
In het spel laat je zien, dat je kunt handelen en spelen met bovenstaande vaardigheden. Je speelt met het gereedschap dat je tot je beschikking hebt!
Verder lezen... Artikelen